Paljas

Nu de landelijke verkiezingen uit de weg zijn kunnen we aandacht besteden aan de gemeenteraadsverkiezingen in 2022.

Ik heb een plan bedacht dat eigenlijk een uitvloeisel is van de Paljas gedachte. Politici, die zich minder bekommeren om het verkrijgen en het verdelen van de macht, maar zich liever willen inzetten voor het controleren van de macht.

En die ook bereid zijn, om hun kiezers te betrekken bij waar ze mee bezig zijn door daarover regelmatig te publiceren.

Begrijp me goed, ik besef heel goed dat er macht nodig is om zaken te kunnen veranderen. Maar tegelijkertijd zijn er, in mijn ogen, ook mensen of instanties nodig, die ons tegen het misbruik van macht willen en kunnen beschermen.

Paljas of de VVDD zijn virtuele instanties met dat doel voor ogen.

Met Prietpraat probeer ik vorm te geven aan dat streven.

Gelet op de minachting, die de gevestigde politieke orde in Enkhuizen tijdens de afgelopen jaren heeft gedemonstreerd, t.a.v. de opvattingen die ik op mijn blog verkondigde, kan ik alleen maar concluderen dat “Prietpraat” een welgekozen geuzennaam is.

Het gaat dus om het toezicht houden op de macht. Formeel een taak van ieder raadslid, maar liever dan er toezicht op te houden, schurkt men aan er tegen aan, om de lieve vrede te bewaren.

Het raadsbrede akkoord en de daarmee gepaard gaande uitverkoop van ons recreatieoord is daar een voorbeeld van.

Voor wie het toezicht op de macht serieus wil nemen, bestaat er ook een scheldnaam, die ik tot geuzennaam heb verklaard.

Het is de Paljas, die door de rest van de hofhouding, die zich voornamelijk met machtspolitiek bezighoudt, nauwelijks serieus wordt genomen. Maar die (juist omdat hij zich daarmee niet bezig houdt) ruimte heeft om op zoek te gaan naar zaken die er werkelijk toe doen.

Daarom zijn, wat mij betreft, Pieter Omzigt en Renske Leijten Paljassen, die in de wereld van machtspolitici proberen om hun eigen weg zoeken, door burgers te beschermen tegen machtsmisbruik van de overheid.

De vraag is nu, zijn er in Enkhuizen bestaande of aanstaande politici, die zich meer een Paljas dan een machtspoliticus voelen en daar ook openlijk voor uit durven komen.

Zijn die er, dan wil ik ze in staat stellen om zich (via dit blog) een jaar lang als zodanig te profileren.

Door onder eigen naam (minstens 1 keer per maand) standpunten in te nemen en te verdedigen.

Ik heb ruimte voor een drietal toekomstige of bestaande politici/paljassen. De partij waar ze lid van zijn maakt me verder niet uit.

Aanmelden via pimsep@gmail.com en kijk ook even op de pagina (rubriek) “verkiezingen 2022”.

Van “Had je me maar” naar Paljas.

Als geboren Amsterdammer kende ik de Rapaille (gepeupel) Partij alleen maar uit de overlevering. Ook al, omdat het liedje van haar lijsttrekker Hadjememaar, bij mij thuis nog met enige regelmaat werd gezongen.

Mijn eigen generatie had meer op met de Kabouterbeweging die tijdens de gemeenteraadsverkiezingen in 1970 met 5 zetels in de raad werd gekozen. Onvrede over de gang van zaken, had toen nog een ludieke ondertoon.

Mijn eigen onvrede betrof het feit, dat van de 3 verschillende functies van het raadslidmaatschap er maar één serieus werd genomen. Namelijk, de functie van medewetgever.

De overige twee functies, volksvertegenwoordiger en toezichthouder werden in zijn algemeenheid verwaarloosd. Wat me deed concluderen, dat plichtsverzuim van de gemeenteraad, plichtsverzuim van het college tot gevolg zou hebben.

Vandaar het idee, dat elke gemeenteraad maximaal 2 raadsleden zou moeten hebben die zich NIET zouden bezig houden met het onderling verdelen van de macht, maar die het controleren ervan op zich zouden nemen.

Terwijl de functie van “volksvertegenwoordiger” met behulp van een blog vorm zou worden gegeven. Geen slecht idee vond ik destijds, al moest er nog wel een naam worden bedacht voor deze “beweging”.

De inspiratie daarvoor lag bij de middeleeuwse hofhouding en het voortdurende gekonkel om machtsposities. De enige die daar een uitzondering op vormde was de hofnar.

Als gevolg van het niet meedoen aan de strijd om de macht, hoefde hij van zijn hart ook geen moordkuil te maken en mocht hij de dingen gewoon bij de naam noemen. Iets wat door de gewone hovelingen zelden op prijs werd gesteld.

De hofnar, of Paljas, diende dus het symbool te worden voor een beweging, die toezicht op de macht (in plaats van het verwerven van macht) op de voorgrond wilde plaatsen.

Misschien dat het idee in mijn geboortestad (Amsterdam) nog kans van slagen zou hebben gehad, maar in mijn woonplaats (Enkhuizen) is het kansloos gebleken. Vrijwel niemand zag het nut in van een doelgerichter toezicht op het doen en laten van de lokale overheid.

In feodale tijden was het aanstellen van een Paljas het privilege van de koning, maar in democratische tijden dient het volk zijn verantwoording te nemen om (door middel van verkiezingen) Paljassen aan te wijzen.

Maar voor het zover is, zal het volk opnieuw moeten leren zich te organiseren en te bepalen aan welke kant ze willen staan. Aan de kant van de uitvoerende macht (de bureaucratie) of aan de kant van de toezichthoudende macht (de democratie).

Paljas

Als geboren en getogen Amsterdammer is mijn generatie natuurlijk vertrouwd met het concept van “Provo” en haar opvolger de “Kabouterbeweging”.

Geheel in die traditie heb ik, als remedie voor de bestuursellende in Enkhuizen, ooit de Paljas Vereniging Enkhuizen opgericht.

paljasIn een rigide feodale hofhouding, waarbinnen het gekonkel om de machtsposities aan de orde van de dag is, was de hofnar de enige die kon zeggen waar het op stond. Wat ook nog werd getolereerd, omdat bij voorbaat vast stond, dat hij nooit in aanmerking zou komen voor een machtspositie binnen die hofhouding.

Het regenteske gedrag van de Enkhuizer bestuurders kwam op mij over als een feodale hofhouding, waartegen maar één verweer mogelijk was, een Paljas Vereniging.

Een vereniging van stemgerechtigden, die in het geweer zou komen, wanneer onze politieke machthebbers hun boekje te buiten zouden gaan, of zich schuldig zouden maken aan plichtsverzuim.

Helaas zijn dat soort metaforen niet besteed aan de nuchtere Enkhuizers, die sowieso wat wrokkiger van aard zijn dan de gemiddelde Amsterdammer van mijn generatie. Die zagen er geen kwaad in om hun bestuurders voor rotte vis uit te maken, maar wel vanuit het besef, dat het hun eigen rotte vis was, waarmee je de volgende dag gewoon weer verder moest.

Paljas is dus nooit wat geworden. Maar als rechtspersoon bestond ze nog steeds en het leek me dan ook wel gepast om tegenover de lege rechtspersoon Orez BV een ander lege rechtspersoon te gebruiken. De Paljas Vereniging.

En zo is het gekomen, dat ik namens Paljas een zienswijze heb ingediend aangaande de betrouwbaarheid van de metingen inzake verkeersintensiteit. Die metingen bevatten in mijn ogen een methodologische fout en zijn om die reden onbetrouwbaar. Wat voor mij reden zou zijn geweest het bestemmingsplan af te wijzen.

Maar het oordeel van de raad was anders. Onbetrouwbaar of niet, men heeft gemeend het bestemmingsplan te moeten goedkeuren en neemt zodoende ook een toekomstige verkeerschaos voor lief.

De vraag is nu, moet ik (als Paljas) het oordeel van de raad aanvechten? Het antwoord is, “ik kijk wel uit.” Tegen de tijd dat de chaos uitbreekt ben ik er hoogst waarschijnlijk niet meer en tegen die tijd heeft de gemeente ongetwijfeld meer dan voldoende geld om passende maatregelen tegen die chaos te nemen.

Verantwoording nemen.

Maar wat voor onze gekozen bestuurders geldt, geldt ook voor de kiezer. Ook zij zien geen noodzaak tot het houden van toezicht. En zelfs als ze dat wel zouden zien, dan nog bestaat er geen instantie die dat (namens die kiezers) zou kunnen uitoefenen.

Het idee achter Paljas is, dat het een vereniging van kiesgerechtigden zou moeten zijn die zich bezig houden met de belangen van kiesgerechtigden. Die belangen zouden omschreven kunnen worden met twee woorden.

Transparantie en participatie.

Zonder transparantie is burgerparticipatie zinloos. Hoe kun je in hemelsnaam ergens aan deelnemen als je nauwelijks over informatie beschikt of alleen maar eenzijdig bent geïnformeerd?

Dit blog probeert een bijdrage te leveren aan die transparantie door kritisch te kijken naar de voorstellen van het college: Wat om een of andere reden de afgelopen 9 jaar niet op prijs werd gesteld door leden van de gemeenteraad. Naar men mij heeft ingefluisterd, op aanraden van B&W en griffier, die het een gruwel is dat er (buiten hun toezicht om) gediscussieerd zou worden over maatschappelijk relevante zaken.

De oorspronkelijke aanjagers van dat soort discussies, politieke partijen, hebben vrijwel allemaal die functie overgedragen aan de gemeente. Die, namens de politieke partijen “voorlichtingsbijeenkomsten” organiseert, waarbij de nadruk ligt op wat de ambtelijke organisatie als wenselijk ziet.

Wat in mijn ogen ontbreekt is een niet partijgebonden organisatie, die bijeenkomsten organiseert die een politiek karakter hebben.

Waarbij politiek het mechanisme is, dat we gebruiken om maatschappelijke problemen tot een oplossing brengen. Sommigen zien meer in een sterke man, anderen weer meer in de dictatuur van het proletariaat, maar ik houd het liever op de bestaande politieke instituties, inclusief de bijbehorende beslommeringen.

Maar waar we (als kiezer) wel mee moeten ophouden is onze verantwoordelijkheid afschuiven.

Want als de kiezer zijn verantwoordelijkheid neemt en er op toeziet, dat de door hem gekozen bestuurder zijn verplichtingen nakomt. Dan dwingt dat de gekozen bestuurder om zijn verplichting (toezicht op het doen en laten van de benoemde bestuurders) weer serieus te nemen.

Het enige wat we ontberen is een instituut, dat de gekozen bestuurders dwingt om verantwoording af te leggen over het toezicht dat ze uitoefenen.

Toegepast in de huidige  situatie had er allang een voorlichtingsbijeenkomst over het REZ moeten zijn geweest, waarop raadsfracties ter verantwoording zouden zijn geroepen over het toezicht dat zij tot dusver hebben uitgeoefend op de gang van zaken rond het  Enkhuizerzand.

Het is absurd, dat we als kiezers werkeloos blijven toezien hoe onze gekozen bestuurders zich onttrekken aan elke vorm van verantwoording afleggen.

Ik heb een poging gedaan met Paljas. Misschien de verkeerde naam en waarschijnlijk ben ik ook niet de juiste persoon. Maar laten we hopen dat Enkhuizen toch nog een paar notabelen kent die de democratie een goed hart toedragen en zich zouden willen inspannen om een belangenvereniging voor kiesgerechtigden vorm te geven.

Ik ben benieuwd.

Een ander Presidium?

In mijn vorige bericht prees ik Enkhuizen Vooruit voor de vragen die ze aan het college stelde. Formeel zijn ze gesteld door Michèl de Jong, raadslid voor die partij, maar ik heb me laten influisteren dat tweede man Frank van Gangelen er erg veel tijd en werk aan heeft besteed. En dat heeft me op een idee gebracht.

Wat een feestelijke ontwikkeling had moeten zijn, de opwaardering van het Enkhuizer Zand, heeft tot dusver alleen maar ellende gebracht. Enkhuizen Vooruit zegt daar (naar mijn opvatting terecht) over, streep er door en opnieuw beginnen.

Als we als gemeente dan toch moeten procederen, dan liever tegen Droomparken die zich op slinkse wijze eigenaar heeft gemaakt van het plan, dan tegen het ZZM.

Die mijns inziens terecht protesteert tegen de inbreuk op ons cultureel erfgoed. Door een weinig geslaagde samenwerking van de gemeente met een verkoper van vakantievilla’s. Aan de beter bemiddelden.

Ik begrijp dat de ambtelijke onderhandelaars, waaronder de zogenaamde onderkoning van het REZ, met pensioen zijn of binnenkort gaan. Dank voor uw inspanningen, maar wat u hebt uitonderhandeld is een misbaksel en wij willen een betere oplossing.

En wat het presidium betreft, dat kort geleden besloot om niet langer in het openbaar te vergaderen, maar in beslotenheid. U zit alleen maar in de weg. In plaats van leiding geven leunt u achterover en kijkt u toe. Misschien wordt het wel een tijd voor een ander presidium, dat in het openbaar nadenkt, over een plan B.

Waar ik aan denk? Aan een openbare vergadering in de Nieuw Doelen onder leiding van iemand die Enkhuizen een goed hart toedraagt en waarin de tweede garnituur van elke raadsfractie mag zeggen wat zij er van vinden.

Ofwel doorgaan op de ingeslagen weg, of een nieuw plan, met minder huisjes en waarbij rekening wordt gehouden met de belangen van het ZZM, SWL, de camping en inwoners.

We hebben jarenlang vreedzaam naast en met elkaar geleefd. Waarom zouden we ons nu uit elkaar laten spelen vanwege een op winstbejag beluste huisjesmelker.

times are
Wie zong het en wanneer.

De opvattingen van onze politieke alfa apen kennen we zo langzamerhand wel, nu eens het woord aan de beta apen om te zien of zij het eens kunnen worden over de kaders van een plan B.

Ik heb deze gedachte nog met niemand besproken. Het is aan de partijen zelf om te bepalen of ze willen meedoen aan wat ik het “andere” presidium noem en wie daar namens hen zitting in zouden moeten nemen.

Als ze mee willen doen kunnen ze dat via een reactie op deze blog laten weten of via een email naar pimsep@gmail.com.

Over de voorzitter  die ik op het oog heb, wil ik alleen kwijt dat ik er van overtuigd ben dat hij zou willen, maar zijn huidige positie een beletsel zou kunnen vormen.

Hoe dan ook, ik houd U op de hoogte.

Paljas 2.0?

Paljas na de verkiezingen (2)De Hoornse PvdA fractie zegt het vertrouwen in haar wethouder op, maar laat nu weten zelf uit de partij te stappen. Hoorn is in dat opzicht zeker niet uniek.

In Enkhuizen zagen we hoe NE het vertrouwen in haar fractievoorzitter opzegde, die vervolgens (met steun van de griffier) bleef beweren nog steeds fractievoorzitter te zijn van de fractie Nieuw Enkhuizen.

Kort daarna deed het restant van de NE fractie wat de PvdA fractie recentelijk in Hoorn deed. Men zei het vertrouwen op in de eigen wethouder, die daarop terugtrad. Maar ook dat was niet de eerste keer in Enkhuizen.

Toen een college met Nieuw Enkhuizen, VVD/D66 en CDA geconfronteerd werd met een wens van de meerderheid, die niet de goedkeuring kon wegdragen van de toenmalige coalitiepartijen was de fractievoorzitter Stomp (VVD/D66) er als de kippen bij, om te verklaren dat die partijen hun steun voor de coalitie introkken. Waarmee ze (de facto) hun “eigen” wethouders de laan uitstuurden.

Is het verwonderlijk dat door al dit gekrakeel (waar geen touw aan valt vast te knopen) meer dan de helft van de bevolking niets meer met de politiek te maken wil hebben? Ik denk het niet. Maar door die afkeer van de politiek komt ook een van onze belangrijkste democratische verworvenheden in het gedrang. Namelijk, de mogelijkheid om toezicht te houden op hetgeen er door onze gekozen (en benoemde) bestuurders wordt uitgespookt.

Niet dat ze dat leuk vinden als we ons daarmee bemoeien en daarom benadrukken ze dat democratie om een heel andere reden belangrijk is. Het stelt ons in staat om te mogen stemmen op iemand die dingen zegt die we leuk vinden. Waarna dezelfde persoon, na te zijn gekozen, ons gaat uitleggen waarom de dingen die we leuk vonden (en waarvan hij ogenschijnlijk ook een voorstander was) eigenlijk niet kunnen.

Kortom, bestuurders verkopen democratie als een mogelijkheid tot “meepraten” over beslissingen, waarbij we voor lief moeten nemen dat de door ons gekozen “meepraters” zelden over de kennis en ervaring beschikken om effectief te kunnen meepraten.

Dat bedoel ik niet als verwijt, maar als feitelijke constatering. Waar ambtenaren maanden de tijd nemen om een kwestie bestuderen en uit te werken, krijgt een raadslid zelden meer dan 14 dagen de tijd om zich te kunnen verdiepen in het besluit dat hij geacht wordt te nemen en waarvoor hij vervolgens (tot in lengte van dagen) verantwoordelijk wordt gehouden.

Meepraten wordt al snel gelijkgesteld aan meebesturen en dat is voor veel zittende en aspirant raadsleden de voornaamste drijfveer. Veel aantrekkelijker dan de gedachte, dat ze ergens toezicht op zouden moeten houden. Effectief toezicht vergt een zekere afstandelijkheid tot de onderwerpen, terwijl bij meebesturen de nadruk ligt op het gezellig en begripvol met elkaar overleggen.

Naar mijn overtuiging zijn beide functies “meebesturen” en “toezicht houden” moeilijk met elkaar te verenigen en gaat het uitoefenen van de ene functie altijd ten koste van het uitoefenen van de andere. Vandaar mijn voorstel (4 jaar geleden) om beide functies te scheiden. Onder de naam Paljas zouden maximaal 2 raadsleden zich bezig dienen te houden met toezicht, terwijl de resterende 15 zich naar hartenlust konden overgeven aan wat ze het liefste deden. Meebesturen.

Hoewel het idee in Enkhuizen niet is aangeslagen, denk ik nog steeds dat het nuttig en verstandig zou zijn als de kiezers een keuze zouden kunnen maken tussen “medebestuurders”  (in al hun variëteiten) en “toezichthouders”.

Ik begrijp dat Paljas recht heeft op een herkansing, dus in theorie zou ze nog een tweede poging kunnen wagen. Alleen ik voel me er te oud voor en bovendien kun je, zoals ik de afgelopen 4 jaar heb aangetoond, ook toezicht houden zonder dat je deel hoeft uit te maken van de gemeenteraad.

Nadeel van die constructie is dat je door raadsleden en de reguliere pers niet erg serieus genomen wordt, maar die gevoelens zijn wederzijds, dus daarover mopperen heeft geen zin. Daarnaast heeft een door de kiezers benoemde “toezichthouder” meer gezag dan een zelfbenoemde.

Door een splitsing in twee categorieën, “medebestuurders” en “toezichthouders” creëer je ook de mogelijkheid voor een proteststem zonder dat je het politieke proces verder verstoort. Omdat er nooit meer dan twee toezichthouders zullen zijn, blijven er altijd genoeg medebestuurders beschikbaar om fijne besluiten te nemen.

Samenvattend, ik denk dat het goed zou zijn als de kiezers bij de komende verkiezingen een onderscheid zouden kunnen maken tussen “medebestuurders” en “toezichthouders”.

Waarbij het aantal toezichthouders zich zou beperken tot twee en ze zich bovendien niet zouden bemoeien met de machtsvorming = deelnemen aan welke coalitie dan ook.

Mijn stem zouden ze in ieder geval hebben.

Is Paljas dood?

Paljas na de verkiezingen (2)Is Paljas dood? Als een pier als het gaat om deelname aan de gemeenteraadsverkiezingen. De bedoeling was goed, maar achteraf gezien een slecht idee, omdat het gebaseerd was op een geliefde drogreden van de politiek. “Als je iets wil veranderen, dan moet je er aan meedoen.”

Eén van de vele drogredenen die politici hanteren. Andere zijn;  als je niet stemt, mag je ook niet klagen over de besluiten die wij nemen. En als je ergens over mee wil praten, dan moet je lid worden van onze partij.

De werkelijkheid is natuurlijk anders. Dingen veranderen sneller door druk van buitenaf, dan door de interne koehandel tussen partijen. En wie niet stemt mag net zo hard klagen als iedereen die dat wel heeft gedaan.  En waarom zou je alleen mogen meepraten als je lid bent van een politieke partij?

Dat houdt in dat je 98% van de bevolking het zwijgen oplegt, omdat nog maar 2% van de bevolking lid is van een politieke partij.

Binnen de Enkhuizer verhoudingen wil dat zeggen dat er 360 mensen zijn die mogen meepraten en ik betwijfel of je tot dat getal komt als je alle betalende leden van alle partijen bij elkaar optelt.

Paljas is nooit een politieke partij geweest, al wilden de andere partijen dat wel doen geloven. Het had geen programma. Haar enige doel was een betere controle uitoefenen op het doen en laten van de overheid. Lidmaatschap van de raad gaf toegang tot Agora, het toen nog besloten platform waarop ambtenaren en raad gegevens uitwisselden. Dat was de enige reden om mee te doen.

Dom, maar ik realiseerde me toen nog niet, dat er ook zoiets bestond als de Wet Openbaarheid Bestuur.

Op grond van die wet kun je alle informatie opvragen die je maar wenst en hoef je helemaal geen raadslid te zijn.

Dus als Paljas niet gaat meedoen aan de verkiezingen, dan kunnen we haar opheffen? Nog even niet, omdat ze ook op een andere manier kan voldoen aan haar statutaire verplichting. Het bevorderen van de discussie over politieke onderwerpen.

Daarbij gaat het me niet om discussie over toekomstige plannen. Dat terrein laat ik graag over aan politieke partijen. Het gaat mij om de evaluatie van de reeds uitgevoerde plannen. Politieke partijen doen dat ook, maar dan in hun hoedanigheid van slagers die hun eigen vlees keuren.

De meeste evaluaties door politieke partijen zijn gebaseerd op een politieke interpretatie van de gebeurtenissen, maar mijn voorkeur gaat uit naar bestudering van de documenten die aan die politieke interpretatie ten grondslag liggen.

Mijn evaluatie van de afwikkeling van het Dromdossier heeft me duidelijk gemaakt dat de gemeente zeker 2 ton, maar waarschijnlijk meer dan een kwart miljoen aan extra kosten voor de verbouwing probeert weg te moffelen. Daarbij geholpen door vrijwel alle politieke partijen in de raad. Omdat een meerderheid van de politieke partijen er nu eenmaal belang bij heeft, dat  de zaken altijd zo gunstig mogelijk worden voorgesteld.

Ik heb daar op mijn blog over geschreven, maar misschien is het nuttig om daar (met belangstellenden) over te vergaderen. Daarmee komt dat kwart miljoen niet terug, maar het helpt misschien wel dat er in de toekomst wat eerlijker wordt omgegaan met de uitvoeringskosten van de plannetjes van politieke partijen.

Nu is het zo, dat een college nog doodleuk kan beweren dat bepaalde documenten niet bestaan en daar mee weg komt. Maar als er een organisatie is, die in het geval van twijfel zonder enige aarzeling de onderliggende documenten opvraagt en druk uitoefent als ze er niet zijn, dan ga ik er vanuit, dat men in de toekomst wat zorgvuldiger zal omgaan met de verplichting democratische controle mogelijk te maken.

Die organisatie zou de Paljas Vereniging Enkhuizen kunnen zijn. Het is niet de bedoeling dat we het werk van politieke partijen gaan doen. Alleen in gevallen waarin ze overduidelijk tekort schieten in hun controlerende functie wordt er ingegrepen en worden de onderliggende stukken (met behulp van de WOB) opgevraagd en bestudeerd.

Ik vind het eigenlijk wel een spannend idee. Zelfbewuste burgers die er niet langer genoegen mee nemen dat politieke partijen hun knollen voor citroenen blijven verkopen, maar zelf op onderzoek gaan naar de waarheid en daarover rapporteren.  Ik ben benieuwd wat mijn lezers daar van vinden.

Afdoende bescherming

Paljas na de verkiezingen (1)In mijn vorige bericht stelde ik dat Paljas zich slechts bezig wilde houden met toezicht (op de macht) en dat verhoudt zich naar mijn mening niet met de wens om de macht te willen veroveren.

Dat is iets wat elke politieke partij uiteindelijk nastreeft. Daar is verder niets mis mee. Je hebt nu eenmaal macht nodig om zaken te kunnen realiseren.

Maar er bestaat ook nog zoiets als machtsmisbruik en de praktijk leert, dat in hun voortdurende strijd om het verwerven van macht, politici nog wel eens hun hand over het hart strijken wanneer je zou kunnen spreken van machtsmisbruik.

De coalitiepartijen (ongeacht de samenstelling van de coalitie) vertonen een opmerkelijke flexibiliteit wanneer het gaat om het ontdekken en benoemen van machtsmisbruik.

De oppositie kent in dat opzicht wat minder terughoudendheid, maar gaat in veel gevallen uiterst selectief te werk.

Want wie weet, morgen kun je zelf deel uitmaken van een coalitie en wat je vandaag als machtsmisbruik kwalificeert kan morgen tegen je worden gebruikt.

Gisteren was de parlementaire enquête over de hoge snelheidslijn breed in het nieuws. De gebruikelijke verwijten aan ministers die de kamer onvolledig (en dus onjuist) hadden geïnformeerd.

Maar deze keer werd ook de hand in eigen boezem gestoken. Onze vertegenwoordigers (de Tweede Kamer) blaffen wel, maar bijten nooit.

Als er gekozen moet worden tussen een grondbeginsel van onze democratische orde (juiste en volledige informatie aan de volksvertegenwoordiging) en het partijbelang, dan delven de democratische grondbeginselen altijd het onderspit en krijgt het partijbelang (vaak nauw verweven met het persoonlijke belang) de voorkeur.

Dat gebeurd niet alleen op nationaal niveau, maar ook lokaal. Paljas was een poging om onze democratie te bevrijden uit de verstikkende houdgreep van partijpolitieke overwegingen.

We zullen nooit weten of ze daar in zou zijn geslaagd, maar het leek me in ieder geval de moeite waard om de kiezer in staat te stellen een keuze te maken.

Nogmaals, ik heb niets tegen macht op zichzelf of het gebruik er van. Maar bij elke uitoefening van macht ligt altijd het gevaar van corrumpering op de loer en de vraag is dan ook of onze bestaande gewoonten en gebruiken ons daar afdoende tegen beschermen.

Ik ben er nog steeds van overtuigd dat dit niet het geval is en dat we moeten blijven zoeken naar betere methoden en middelen.

Bijna dagelijks

vriendjesHet was even schrikken natuurlijk toen Shawn Vrientjes (commissielid van de PvdA) in een reactie vaststelde, dat ik geen Foucaultiaans cynist was.

Niet dat ik me geprobeerd had als zodanig te profileren, maar toch.

Cynisme is in oorsprong een filosofische stroming uit het oude Griekenland. Meer daarover kunt U hier lezen.

In zijn hedendaagse vorm heeft cynisme een vervelende bijklank gekregen, maar in zijn oorspronkelijk vorm ging het toch meer over een eenvoudige levenswijze, wars van allerlei conventies.

Diogenes (die in een ton leefde) was daarvan het voorbeeld dat ik me uit mijn schooltijd herinnerde.

Maar goed als cynist kun je kennelijk niet van instituties (zoals een gemeenteraad) houden, laat staan dat je daar zitting in zou willen nemen.

En omdat ik deelgenomen had aan de verkiezingen was daarmee (volgens Vriendjes) ook het bewijs geleverd dat ik  geen cynist was in de Foucaultiaanse variant. Het zij zo, ik ga er niet onder gebukt.

Waar ik me wel zorgen over maakt is het gebrek aan aanzien dat onze democratische instituties genieten. Bijna de helft van de bevolking neemt niet meer de moeite om tijdens verkiezingen nog een stem uit te brengen op deze of gene partij.

We kunnen de schuld daarvoor natuurlijk neerleggen bij de individuele burger, wat politici gewoonlijk doen, maar je kunt je ook afvragen of die instituties wel doen wat ze ons beloven te zullen doen.

Wat mij betreft waren er meer dan voldoende politieke stromingen in de raad van Enkhuizen vertegenwoordig, maar wat er in mijn ogen aan ontbrak was een kritische toezichthouder.

In dit land gaan heel veel dingen goed, maar als er iets verkeerd gaat, dan blijkt iedere keer weer dat het door beter toezicht had kunnen worden voorkomen.

Paljas was een poging om het toezicht op een belangrijke institutie (de gemeenteraad) te verbeteren. Die poging is mislukt.

Niet helemaal verwonderlijk, want de natuurlijke achterban van Paljas bestond uit mensen die niet meer gingen stemmen omdat ze hun geloof in de bestaande politieke partijen hadden verloren.

Dus blijft het probleem (dat een groot deel van de bevolking niet langer geloofd dat de democratische instituties in staat is de wensen van die bevolking tot uitdrukking te brengen) bestaan. Niet alleen in Enkhuizen, maar ook in Nederland, Europa  en misschien wel de rest van de westerse wereld.

De gevolgen daarvan zien we tegenwoordig bijna dagelijks op de TV.

Niet geschoten

Paljas poster kleinAls kiezer worden we verondersteld een keuze te maken op basis van de plannen die de verschillende politieke partijen openbaar hebben gemaakt.

Het idee er achter is, dat de partij met de aantrekkelijkste plannen ook de meeste stemmen zullen krijgen. Een ander idee is, dat de grootste partij een groter deel van zijn plannen gerealiseerd zal krijgen dan een kleinere partij.

Daarom is het belangrijk dat een partij zo groot mogelijk uit de verkiezingsstrijd tevoorschijn komt.

Wat gebeurt er eigenlijk met die plannen als de verkiezingen zijn afgelopen?

Om te beginnen wordt er geprobeerd om van de verschillende plannen een gezamenlijk plan te maken. Het zogenaamde coalitieplan of coalitieakkoord.

Dit kan tot verrassende resultaten leiden zoals we op landelijk niveau hebben gezien. Kiezers die dachten ergens tégen te hebben gestemd bleken plotseling ergens vóór te hebben gestemd.

Dat komt omdat partijen in het kader van coalitie-onderhandelingen  (die grotendeels binnenskamers plaatsvinden) concessies hebben gedaan voor wat betreft de realisatie van hun eigen plannen.

Deze ommezwaai wordt in politieke kringen gewoonlijk aangeduid met “je verantwoording nemen”.

PENTAX Image
Chris Segerius
Blogger en
Lijsttrekker van Paljas

Vervolgens moeten die plannen nog worden voorgelegd aan degenen die ze moeten uitvoeren. Het ambtelijk apparaat. Uiteraard laten die zich geen plannen in de maag splitsen die niet of nauwelijks uitvoerbaar zijn.

Pas als die ook akkoord zijn ontstaat er een coalitie-akkoord, dat gewoonlijk zo vaag is geformuleerd, dat een discussie daarover nauwelijks de moeite loont.

Dat is de reden waarom Paljas geen moeite doet om aan deze politieke folklore deel te nemen.

Voor Paljas wordt het pas interessant als de oorspronkelijke plannen verwerkt worden tot concrete beleidsvoorstellen of maatregelen.

De gebruikelijke reactie daarop van politieke partijen is, dat zij deze beleidsvoorstellen en maatregelen intern (dwz met de steunfractie) gaan bespreken en vervolgens een besluit nemen.

Dick Hage, Voorzitter WMO raad en Lijstduwer van Paljas
Dick Hage,
Voorzitter WMO raad en Lijstduwer van Paljas

Paljas stelt zich tot doel deze beleidsvoorstellen en maatregelen met de kiezers te bespreken. Het middel dat zij daarvoor gebruikt is dit weblog of forum.

De reden waarom zij dit wil, is dat zij van mening is dat naast de kennis die zich verzameld heeft binnen het ambtelijk apparaat (hofhouding) er ook kennis bestaat onder de gewone bevolking die de moeite waard is om te raadplegen.

Maar voor je dat kunt doen moet je die bevolking dus eerst informeren. Niet alleen door raadsvoorstellen openbaar te maken, wat nu al het geval is, maar door ze in zo gewoon mogelijk Nederlands voor te leggen en van commentaar te voorzien. Dat hebben wij de afgelopen 4 jaar gedaan en het resulteerde in bijna 1500 commentaren en 6000 reacties.

Politieke partijen verantwoorden hun werkwijze vanuit de gedachte dat zij beschikken over een mandaat van de kiezer dat hun in staat stelt om zonder verdere inmenging van de kiezer besluiten te nemen. Formeel gezien is dat ook correct, ook al wordt dit door de kiezer niet altijd begrepen.

Paljas meent dat dit mandaat onder voorbehoud is gegeven. Namelijk, dat partijen ook daadwerkelijk zullen doen wat zij beloofd hebben te zullen doen in hun verkiezingsprogramma. Verbreken ze die belofte, dan kunnen ze ook geen aanspraak meer maken op hun mandaat.

Die opvatting is radicaal anders, dan wat politieke partijen gewoonlijk menen. Of die radicaal andere opvatting levensvatbaar is, zal de praktijk moeten uitwijzen.

Als met elk ander experiment moet je er voor zorgen dat je het kind niet met het badwater weggooit.

Daarom beperkt Paljas zichzelf tot twee vertegenwoordigers in de Raad. Dit zorgt er voor dat politieke partijen gewoon door kunnen gaan met de manier van werken die ze gewend zijn, terwijl tegelijkertijd de idealen van Paljas, meer openheid en betrokkenheid van de burger gerealiseerd kunnen worden.

Of dat laatste tot veranderingen in het politieke proces zal leiden is moeilijk te zeggen, maar nooit geschoten is altijd mis, luidt het gezegde.

%d bloggers liken dit: