Gisteravond behandeling van het initiatiefvoorstel van de SP “Hartenvisie”. Pleitbezorgder Bokhove gaf een toelichting, die (via de radio) niet in alle opzichten duidelijk was te volgen.
Naast algemene waardering voor het werkstuk, bestond er ook grote twijfel over de status van dit werkstuk. Moest het gezien worden als vervanging van het college voorstel?
Uit de toelichting van Bokhove begreep ik dat hij vond dat er serieus naar het stuk moest worden gekeken, (hetgeen volgens mij door de meeste fracties al was gebeurd) alleen het vervolgtraject was onduidelijk.
Probleem in mijn ogen is, dat beide documenten, “startnotie Hert” en “Hartenvisie” moeilijk te vergelijken zijn.
De startnotitie is een inventarisatie van de vragen die college zichzelf meent te moeten stellen, om te komen tot een Hert-visie. Een echte vergelijking tussen “Harten” en “Hert” is dus pas te maken als de Hert-visie van het college gereed is.
Het lijkt me dus dat de Raad de Hartenvisie voor kennisgeving moet aannemen en zich vervolgens concentreren op de vragen die het college zich meent te moeten stellen op grond van de startnotitie. Daar zit nog al was onzin tussen, waarschijnlijk uitsluitend bedoeld als rechtvaardiging voor het inhuren van externen.
Aan die vragen die het college zich stelt zouden wat vragen die voortvloeien uit de Hart-visie kunnen worden toegevoegd. Immers ook daarin is sprake van zaken die nader onderzoek vereisen.
De opmerking van de inspreker, dat bij het tot stand komen van de Hartenvisie, geen gebruik zou zijn gemaakt van de inbreng van het lokale bedrijfsleven, sprak me niet zo aan.
Al met al een wat chaotisch verlopen bijeenkomst, zonder duidelijke richting, maar als alles meezit, zit ik net op tijd op mijn kampeeradres in Frankrijk om het verdere verloop te kunnen blijven volgen.