Malversaties.

Nog steeds geen sjoege van de kersverse kampioenen van de openbaarheid. De SP, VVD en EV!

Aangaande het verzoek om me te informeren over de geraamde opbrengst van het plandeel recreatiewoningen en camping. Evenals de geraamde kosten van de grondexploitatie.

SP en VVD hebben de afgelopen 7 jaar een vooraanstaande rol gespeeld in het project REZ. De SP tijdens de beginfase, de VVD tijdens de eindfase.

De leiding van beide partijen is slim genoeg om te beseffen, dat een prijs van € 335.000,- voor de vergunning om een park met 200 recreatiewoningen en een camping met 200 standplaatsen te realiseren belachelijk is. Ook al vanwege het feit dat de daarvoor benodigde grond gratis ter beschikking werd gesteld.

Een dergelijke resultaat kan alleen het gevolg zijn van financiële malversaties door de betrokkenen. Wie vervolgens weigert om onderzoek mogelijk te maken naar de aard van die malversaties, maakt zichzelf medeplichtig.

In die situatie bevindt de gehele raad zich op dit moment. De raad heef zich na lang aarzelen inzage verschaft in de financiële onderbouwing van het project.

De daarin voorkomende malversaties kunnen haar niet ontgaan zijn. Daarover te zwijgen maakt haar medeplichtig. Wie kennis heeft van, maar er het zwijgen toe doet, is medeplichtig.

Gelukkig heeft raadslid van Galen te kennen gegeven dat hij tijdens de eerstvolgende raadsvergadering (morgen) er bij de wethouder op zal aandringen om de financiële onderbouwing van de overeenkomst tussen de gemeente en Orez openbaar te maken.

Wethouder Heutink lijkt me een nuchtere vrouw, die er daarom niets voor zal voelen om zich medeplichtige te laten maken aan gesjoemel, waar ze part nog deel aan heeft gehad.

Zodat de plotselinge ommezwaai van SP, VVD en EV! (waarbij ze zichzelf als de kampioen van de openbaarheid profileerden) wel eens een averechts effect zou kunnen hebben.

Omdat de coalitie (op aandringen van Van Galen) niet langer tegen het openbaar maken van het taxatierapport zal zijn.

Het rapport, dat de SP, VVD en EV! tot dusver proberen geheim te houden, om te kunnen blijven volharden in de opvatting, dat er geen malversaties hebben plaatsgevonden.

Is dit het begin?

In de krant van vandaag het heugelijke nieuws dat drie partijen in de Enkhuizer gemeenteraad hebben besloten om oppositie te gaan voeren, waardoor de normale democratische verhoudingen binnen de Enkhuizer gemeenteraad weer zijn hersteld.

Want een democratie werkt alleen naar behoren, als er naast een coalitie ook een oppositie aanwezig is.

Als oppositie beloven de drie partijen (SP, VVD en EV!), dat ze precies het tegenovergestelde zullen doen, van wat ze in de 3 voorafgaande jaren hebben gepraktiseerd. Openbaarheid en transparantie.

Ik weet het, het zijn politieke partijen, de verkiezingen naderen en vossen die hun haren verliezen, maar ik geef ze dit keer graag het voordeel van de twijfel.

Je hoeft geen Einstein te zijn om te beseffen, dat men drie jaar geleden met het raadsbrede akkoord een doodlopende weg in sloeg. Waarbij democratische beginselen ondergeschikt werden gemaakt aan bureaucratische beginselen.

Ook de samenstelling van de oppositie doet me deugd. Liberaal, sociaal en lokaal lijkt me een prima combinatie. Zolang men elkaar het licht in de ogen gunt, verwacht ik realistische alternatieven op het voorgestelde beleid.

Iets minder tevreden ben ik over het eerste succes van de oppositie. Namelijk, het afblazen van het IKC.

Het college kan op dit punt meteen al zijn weerbaarheid tonen door de motie (een verzoek van de raad aan het college) onuitvoerbaar te verklaren en het voorstel (tot het oprichten van een IKC) in stemming te brengen.

Waarna (denk ik) een meerderheid alsnog zal besluiten om tot bouw van een IKC over te gaan. Wat me de beste oplossing voor Enkhuizen lijkt te zijn.

Maar of het besluit van SP, VVD en EV! daadwerkelijk het begin zal zijn van een andere bestuurscultuur zal moeten worden afgewacht.

Wat me me in dit verband wel toepasselijk lijkt is een lied over een totaal andere onverwachte gebeurtenis. De regenbui op een zonnige dag. “Have you ever seen the rain, coming down on a sunny day”.

Dienaren van de overheid, die de tenen doen krommen.

raad2018

Verslaggevers van het NHD, Tanja Koopen en Cees Beemster hebben het Presidium (in dit geval de fractievoorzitters minus die van de SP) gevraagd in hoeverre de nieuwe werkwijze (het raadsbrede akkoord) van invloed is geweest op de langlopende dossiers. Het SMC in de Vijzelstraat, de brede school en het herinrichten van het recreatieoord.

In de bovenstaande intro valt te lezen dat men uiterst voldaan is over het eigen aandeel in de hedendaagse gang van zaken.

Zo meent de HEA, dat eensgezindheid binnen de raad gelijk staat aan een breder draagvlak onder de bevolking, wat natuurlijk niet waar is. De verdeeldheid onder bevolking verdwijnt niet, als de gekozenen het in alles met elkaar eens zijn.

Die eensgezindheid onder de gekozenen is slechts een illustratie van de kloof die er tussen bevolking en gekozenen is ontstaan.

CU-SGP laat zich lovend uit over de onderlinge verhoudingen. Enkhuizen Vooruit heeft het over goede voorstellen. D66 roemt de constructieve sfeer die er heerst en noemt zowaar een bereikt resultaat. De Drommedaris is opgeknapt, maar gaat niet in op de achterbakse wijze waarmee de daarmee gepaard gaande kosten werden verzwegen.

De PvdA stelt op gedragen toon vast, dat nu oppositie ontbreekt “iedereen” Enkhuizen dient en bewijst daarmee dat het Chinese gedachtegoed Enkhuizen heeft bereikt.

Een wat kritischer houding is er van het CDA, terwijl de VVD meent dat de raad de hand in eigen boezem moet steken. Nieuw Enkhuizen meent dat de kwaliteit van het college buiten kijf staat.

Kortom, de algemene conclusie van de raad is deze, dat er dingen verkeerd gaan ligt niet aan ons en ook niet aan degenen waar we toezicht op houden, het college. Dus moet het wel liggen aan degenen die het eigenlijke werk doen. De ambtenaren.

Domheid en arrogantie samengebracht in één conclusie.

Bij het REZ, het enige onderwerp waar ik het nog over wil hebben, hebben de raad en het college er samen mee ingestemd, dat alle voor het vakantiepark en camping benodigde grond, van de hand werd gedaan voor € 335.000,-. Ofwel € 2,23 m2.

Wat minder dan de helft is van de prijs waartegen grasland zonder bouwvergunning van de hand wordt gedaan. Ik heb daar geen raadslid een vraag over horen stellen.

Droomparken gaat er van uit, dat de gemeente haar verplichtingen (tot levering van 200 kavels voor vakantiewoningen) zal nakomen. Maar gebeurt dat niet, dan dient er toch een herbezinning te komen voor wat betreft de verplichtingen van Droomparken, die er uit bestaan, dat er een strand wordt aangelegd.

Om die verplichting te kunnen nakomen, heeft de gemeente zich inmiddels tot de Raad van State gewend om de uitspraak van de Provincie ongedaan gemaakt te krijgen. Of dat zal lukken valt te betwijfelen. Aangezien de gemeente de adviezen van de provincie niet wilde opvolgen en het recht van de provincie (onder die omstandigheden in te grijpen) onbetwistbaar is.

Droomparken is inmiddels al wel eigenaar van de grond geworden tegen een prijs, waarmee ze zich geen buil kan vallen.

De wethouder heeft bijna 2 jaar lang gewerkt aan een plan, waarvan hij dacht dat het zo goed in elkaar zat, dat hij een overeenkomst ter realisatie met Orez tekende. Nog voordat dat hij de realisatie had veilig gesteld, door middel van een bestemmingplan.

Toen hij het bijbehorende bestemmingsplan indiende, waren de reacties zodanig, dat wijzigingen in het bestemmingplan onvermijdelijk waren.

Wijzigingen, die de uitvoering van het ooit met Orez overeengekomen plan onmogelijk maakten, zodat er goedkeuring moest worden verkregen van de nieuwe eigenaar van het plan, Droomparken. Goedkeuring die pas verkregen werd na nieuwe concessies aan de nieuwe eigenaar van het plan.

Geen enkele vraag over de verspilling van gemeenschapsgeld, vanwege het 2 jaar lang  werken aan een plan, dat de prullenbak in ging nadat het openbaar gemaakt was.

Geen enkele vraag over de marktconformiteit van de prijs waartegen de grond is verkocht.

De kop boven het artikel concludeert dat “VOOR DOORVRAGEN LEF NODIG IS” en dat is een eigenschap waar veel raadsleden niet over lijken te beschikken. Men ziet zichzelf namelijk in de eerste plaats als een “dienaar van de overheid”.

Van dienaren van de overheid is bekend, dat die alleen maar beoordeeld mogen worden op basis van waar ze zich mee bezig hebben gehouden en niet op basis van het resultaat dat ze met “het zich bezighouden” hebben bereikt.

En dat leidt tot een zelfgenoegzaamheid, die de tenen doet krommen.

 

Een ander Presidium?

In mijn vorige bericht prees ik Enkhuizen Vooruit voor de vragen die ze aan het college stelde. Formeel zijn ze gesteld door Michèl de Jong, raadslid voor die partij, maar ik heb me laten influisteren dat tweede man Frank van Gangelen er erg veel tijd en werk aan heeft besteed. En dat heeft me op een idee gebracht.

Wat een feestelijke ontwikkeling had moeten zijn, de opwaardering van het Enkhuizer Zand, heeft tot dusver alleen maar ellende gebracht. Enkhuizen Vooruit zegt daar (naar mijn opvatting terecht) over, streep er door en opnieuw beginnen.

Als we als gemeente dan toch moeten procederen, dan liever tegen Droomparken die zich op slinkse wijze eigenaar heeft gemaakt van het plan, dan tegen het ZZM.

Die mijns inziens terecht protesteert tegen de inbreuk op ons cultureel erfgoed. Door een weinig geslaagde samenwerking van de gemeente met een verkoper van vakantievilla’s. Aan de beter bemiddelden.

Ik begrijp dat de ambtelijke onderhandelaars, waaronder de zogenaamde onderkoning van het REZ, met pensioen zijn of binnenkort gaan. Dank voor uw inspanningen, maar wat u hebt uitonderhandeld is een misbaksel en wij willen een betere oplossing.

En wat het presidium betreft, dat kort geleden besloot om niet langer in het openbaar te vergaderen, maar in beslotenheid. U zit alleen maar in de weg. In plaats van leiding geven leunt u achterover en kijkt u toe. Misschien wordt het wel een tijd voor een ander presidium, dat in het openbaar nadenkt, over een plan B.

Waar ik aan denk? Aan een openbare vergadering in de Nieuw Doelen onder leiding van iemand die Enkhuizen een goed hart toedraagt en waarin de tweede garnituur van elke raadsfractie mag zeggen wat zij er van vinden.

Ofwel doorgaan op de ingeslagen weg, of een nieuw plan, met minder huisjes en waarbij rekening wordt gehouden met de belangen van het ZZM, SWL, de camping en inwoners.

We hebben jarenlang vreedzaam naast en met elkaar geleefd. Waarom zouden we ons nu uit elkaar laten spelen vanwege een op winstbejag beluste huisjesmelker.

times are
Wie zong het en wanneer.

De opvattingen van onze politieke alfa apen kennen we zo langzamerhand wel, nu eens het woord aan de beta apen om te zien of zij het eens kunnen worden over de kaders van een plan B.

Ik heb deze gedachte nog met niemand besproken. Het is aan de partijen zelf om te bepalen of ze willen meedoen aan wat ik het “andere” presidium noem en wie daar namens hen zitting in zouden moeten nemen.

Als ze mee willen doen kunnen ze dat via een reactie op deze blog laten weten of via een email naar pimsep@gmail.com.

Over de voorzitter  die ik op het oog heb, wil ik alleen kwijt dat ik er van overtuigd ben dat hij zou willen, maar zijn huidige positie een beletsel zou kunnen vormen.

Hoe dan ook, ik houd U op de hoogte.

De daad bij het woord voegen.

Inmiddels heeft ook een tweede lokale partij, Enkhuizen Vooruit, de stap gezet om vragen te stellen aan het college over de ontwikkelingen op het REZ.

De vragen staan de lezen op het Raads Informatie Systeem (RIS) en zijn via deze link te lezen.

Inhoudelijk spreken ze me wat meer aan dan de HEA vragen, omdat ze technischer van aard zijn en bedoeld om helderheid te verschaffen over het proces.

Zelf heb ik inmiddels ook een Wob verzoek ingediend met zo’n 8 vragen.

Maar wat me vooral deugd doet, is dat er twee lokale partijen zijn die voor de burgers duidelijkheid proberen te verschaffen.

Want duidelijkheid (transparantie) is de belangrijkste voorwaarde om burgerparticipatie te realiseren.

Alle partijen roepen om het hardst dat ze het willen, maar deze twee partijen voegen de daad bij het woord en ze dienen om die reden gewaardeerd te worden.

Wat de overige partijen betreft. Vanavond (1 vandaag) legt ZZM directeur Warnink op de nationale TV uit, wat de gevolgen van de gemeentelijke plannen zijn voor het museum.

Omdat onze raadsleden (volgens burgemeester en griffier) in een procedure zitten vertrouw ik er op dat ze niet zullen kijken, hoewel ik voor Langbroek en de Jong mijn hand niet in het vuur durf te steken.

 

Verdeelsleutel

verdeelsleutelGisteravond was dan eindelijk het grote moment aangebroken waarop wethouder Struijlaart (op uitnodiging van Enkhuizen Vooruit) zou komen uitleggen hoe het nu zat met de verdeelsleutel die er voor kostenverdeling van het Ontwikkelingsplan (OOP) is gebruikt.

Althans daar hoopte ik op, Struijlaart zelf bleek andere plannen te hebben.

Om te beginnen complimenten voor Enkhuizen Vooruit die de zaakjes keurig voor elkaar had. Zorgelijk dat een politieke discussie over een toch niet onbelangrijk onderwerp, waar bovendien de nodige aandacht aan was besteed, zo weinig belangstelling kreeg.

Wat moet je in Enkhuizen nog meer doen om de mensen in beweging te krijgen, als zelfs de aanwezigheid van een wethouder geen garantie is voor een goed gevulde zaal?

Dan de avond zelf. Struijlaart vertelde, hij ging door met vertellen en bleef maar vertellen over de financiering van de SED. Een breed onderwerp waar je lekker veel over kunt vertellen, zonder dat je toekomt aan wat ik de kern van de avond zou willen noemen.

Wat is nu eigenlijk de rechtvaardiging voor de financiering van het  OOP, waarbij Enkhuizen als kleinste van de drie gemeenten, geacht wordt om de grootste bijdrage aan de kosten van het plan te leveren? Maar liefst 8 ton meer dan wanneer alle inwoners van de SED een gelijke bijdrage zouden leveren.

De formeel gegeven reden is uiteraard bekend. Bij het tot stand komen van de SED stonden de samengevoegde loonsommen in een bepaalde verhouding tot elkaar. Die verhouding zou gebruikt worden bij het uitkeren van de te verwachten besparingen.

Enkhuizen had de grootste loonsom ingebracht en had, in geval van besparing, dus het recht op een groter deel dan de anderen.

Zover zo goed. Helaas, de besparingen zijn nooit gerealiseerd. Integendeel, er was sprake van extra kosten. Dus werd het “recht” op een groter aandeel in de besparingen, omgezet in een “plicht” tot een grotere bijdrage in de kosten. Voor sommigen is dat een logisch voortvloeisel.

Niet wat mij betreft. Het recht op het één, kan nooit automatisch leiden tot een plicht voor wat anders. In dit geval de verdeling van extra kosten. In plaats van dat de extra loonkosten gelijkelijk over de drie gemeenten werden verdeeld, werden ze verdeeld volgens een formule die nooit was toegerust voor het doel waarvoor ze was ontworpen.

Met als verbluffend resultaat, dat de kleinste gemeente werd opgezadeld met de meeste kosten.

Dik-TromHet is een regeling die Dik Trom zou hebben kunnen uitvinden. Je bedenkt een regeling waarbij een worst als beloning in het vooruitzicht wordt gesteld, in de wetenschap dat de condities waaronder je de worst zal moeten afgeven, zich nooit zullen voordoen.

Weliswaar was bij aanvang van de SED bedacht dat door efficiënter werken de totale loonsom zou dalen, maar het omgekeerde was waar gebleken. De totale loonsom is (mede als gevolg van het OOP) explosief  gestegen. En omdat Enkhuizen bij daling van de kosten procentueel het grootste voordeel zou hebben gehad, kreeg ze bij stijging van de kosten procentueel het grootste nadeel toebedeeld.

Dat is de (in mijn ogen tamelijk primitieve) logica waar de kostenverdeelsleutel op is gebaseerd en die door Struijlaart wordt verdedigd.

Duidelijk is, dat het bij Struijlaart, noch bij de Enkhuizer raad, ooit is opgekomen, dat de sterk gewijzigde omstandigheden een goede reden had kunnen zijn om nog eens na te denken over de aanpassing van die verdeelsleutel.

Zo’n aanpassing was weliswaar al eens gebeurd (dus onmogelijk was het niet), maar men was bij het Ontwikkelingsplan niet op het idee gekomen. Had het kunnen gebeuren vroeg oud raadslid Noorman? Jazeker, dat had gekund, maar het was nu eenmaal niet gebeurd, antwoordde  Struijlaart. Daar kun je verder van alles van vinden, maar onmiskenbaar feit is, dat wethouder noch raad reden hebben gezien voor een aanpassing van de verdeelsleutel.

En daarmee zijn we aangekomen bij de oorzaak van het probleem. De Enkhuizer raad had (gezien de gewijzigde omstandigheden) moeten aandringen op een aanpassing van de verdeelsleutel. Dat heeft ze, ondanks aandringen van betrokken burgers, niet gedaan. Dus wast de wethouder zijn handen in onschuld, terwijl de raad zich mag afvragen of ze zich (op advies van de wethouder trouwens) niet veel te makkelijk heeft neergelegd bij een twijfelachtige verdeelsleutel.

De ervaring leert dat de raad dat nooit zal doen.  De hand in eigen boezem steken (of welke andere vorm van zelfverwijt dan ook), is haar vreemd.  Natuurlijk, men had kunnen aandringen op een meer verantwoorde verdeelsleutel, maar dat heeft men nagelaten. Jammer, eigen schuld, dikke bult. De rekening voor dit verzuim gaat naar de inwoners van Enkhuizen.

Die dragen 30% meer bij aan de kosten van het ontwikkelingsplan dan hun buren in Stede Broec, die (naar ik aanneem) beschaafd in hun vuistje lachen. Gelukkig kan het de burgers van Enkhuizen niets schelen dat ze gedwongen worden meer te betalen dan hun buren. Dat leid ik tenminste af uit de geringe belangstelling voor de avond waarop dit onderwerp werd besproken.

%d bloggers liken dit: