Gewetensvraag

Omdat ik veronderstelde, dat het uiteindelijk toch zou neerkomen op een gewetensvraag, schreef ik op 9 januari van dit jaar de column “Kleur bekennen”.

Over de gewetensvraag, die in 1931 in Harlan county in de VS verdeelde. Wat resulteerde in een strijdlied. “Which side are you on boy, which side are you on”.

Het lied werd geschreven door de vrouw van een mijnwerker en één van de coupletten gaat als volgt.

They say in Harlan County. There are no neutrals there. You’ll either be a union man, or a thug for J. H. Blair.

J.H Clair was in Harlan County de eigenaar van een kolenmijn, die geweld niet schuwde om te kunnen beletten, dat zijn arbeiders lid zouden worden van een vakbond.

Voor een soortgelijke keuze staat de raad aanstaande dinsdag.

Kiest ze voor het recht van de burger om zijn meningsverschil met het college aan de rechter te kunnen voorleggen, of kiest ze voor het recht van het college, alles in het werk te stellen om te voorkomen, dat haar tekortkomingen aan het licht zullen komen.

Als raadsfracties er oprecht van overtuigd zijn, dat de inhoud van het rapport onbesproken dient te blijven, dan doen ze er het zwijgen toe. Maar dat is wat anders, dan het voor de burger vrijwel onmogelijk te maken om hun recht te zoeken bij de onafhankelijke rechter.

De reden voor geheimhouding was valide zolang de overeenkomst tussen Orez en de gemeente nog niet was afgesloten, maar ze verloor haar validiteit op het moment dat de Anterieure Overeenkomst een feit was.

Kortom, dinsdagavond zal de raad zichzelf de gewetensvraag moet stellen aan wiens kant ze nu eigenlijk staat. Aan de kant van de burger, die niet anders wil dan dat hem recht gedaan wordt door middel van een uitspraak van de rechter.

Of aan de kant van de autoriteiten, die hun tekortkomingen niet aan het licht gebracht willen zien.

Kortom, aan welke kant sta je als gemeenteraad, which side are on?