Wat het college lange tijd doelbewust verborgen heeft proberen te houden was de prijs waartegen zij de grond op het recreatieoord had verkocht. De prijs was namelijk (in het exemplaar van de Anterieure Overeenkomst dat ik uiteindelijk kreeg) weggelakt.
Los van het ontbreken van getallen was de kopie van de AO die me werd gegeven zo wazig afgedrukt, dat de tekst nauwelijks viel te lezen. Ik was niet de enige dit overkwam. Ook aan raadsleden werd een vrijwel onleesbaar exemplaar verstrekt.
Al deze pogingen ten spijt bleek het onmogelijk het verkoopbedrag verborgen te blijven houden. Onroerend goed transacties worden in dit land vastgelegd in een openbaar register. De prijs die Orez (voor alle benodigde grond op het recreatieoord) betaalde, bleek uiteindelijk € 335.000,- te zijn.
Aan die prijs moet een door Orez gemaakte berekening ten grondslag hebben gelegen, die in de exploitatieopzet aan de gemeente zal zijn voorgelegd.
Na goedkeuring door de gemeente werd de berekening voorgelegd aan een taxatiebureau. Dat oordeelde, dat de daarin voorkomende ramingen marktconform waren. Op basis van dat oordeel sloot de gemeente haar overeenkomst met Orez.
Tot op de dag van vandaag verzet het college zich nadrukkelijk tegen het openbaar maken van de exploitatieopzet. Als wel als het openbaar maken van het taxatierapport. Die situatie kan, naar het zich laat aanzien, nog maanden voortduren.
Waarschijnlijk vanuit de gedachte, dat uitstel uiteindelijk wel tot afstel zal leiden en dat daardoor de door Orez gebruikte (en door de gemeente goedgekeurde) rekenmethode tot in lengte van dagen voor de buitenwereld verborgen zal blijven.
Helaas, mijn geduld is op. Ik heb kennis genomen van de in het taxatierapport gebruikte rekenmethode en gebruikte getallen en ben tot de conclusie gekomen dat ze een opvallende variant is op de gebruikelijke manier van waarde bepalen.
Inkoop staat gelijk aan verkoop minus kosten.
De verkoopwaarde van de kavels in het plan “Vesting” had bij het afsluiten van de overeenkomt op 20 miljoen geschat moeten worden. Gemiddeld € 100.000,- per kavel.
De noodzakelijke, bij verkoop behorende kosten, waren (volgens het taxatierapport) geraamd op € 12.214.610,-.
Het verschil tussen beide is de verkoopprijs/aankoopprijs van de grond in het recreatieoord, € 7.785.390,-.
Volgens deze, met een kleine variant ook in het taxatierapport uitgevoerde rekenmethode, is de verkoopwaarde van de grond (afgerond) dus 7.8 miljoen euro, terwijl in de AO opgenomen waarde is bepaald op € 335.000,-.
Een zelfde berekening kan worden uitgevoerd voor het plandeel camping en zal zonder twijfel ook daar ettelijke miljoenen aan gemiste inkomsten opleveren.
Samengevat denk ik dat het totaal aan gemiste inkomsten rond de 12 miljoen ligt als gevolg van een doelbewuste te lage inschatting van de prijzen waartegen de kavels zouden kunnen worden verkocht.
Het feit als zodanig laat zich niet ontkennen, de olifant in de kamer is, hoe kan het dat bestuurders en toezichthouders, het nooit hebben opgemerkt.
Het antwoord op die vraag is, de vergaande desinteresse van de toezichthouder (de gemeenteraad), die tot op heden consequent geweigerd heeft om zich ook maar enigszins te verdiepen in de verkoopwaarde van het recreatieoord.
Maar die zich, tot de dag van vandaag, door het college alleen maar zand in de ogen heeft laten strooien.
In een eerdere beschouwing sprak ik over een denkfout, maar dat was bedoeld als voorbehoud. De twee toegepaste varianten in de manier van berekenen zijn volgens mij eerder het bewijs van opzet dan van een denkfout.
Opzet die ambtenaren en bestuurders (gelet op hun gedrag tot nu toe) kennelijk wel is opgevallen, maar die ze angstvallig geheim hebben proberen te houden voor de toezichthouder, in dit geval de gemeenteraad.
Die toezichthouder ontkomt er wat mij betreft dan ook niet aan om het OM te vragen een onderzoek in te stellen naar de gang van zaken, die naar zich laat aanzien de gemeente 12 miljoen aan inkomsten heeft gekost.
Tot slot, als gevolg van goedgelovigheid komt het voor, dat er rook in de ogen komt, die het zicht op de werkelijkheid belemmert. Een les, die ik dank zij de geweldige zanggroep “The Platters” al op vrij jeugdige leeftijd heb mogen leren.