Tijdens de raadsvergadering in september 2020 stelde wethouder Struijlaart de raad gerust ten aanzien van een onveilige situatie voor jeugdige fietsers op weg naar het sportpark.
De binnenkort aan te leggen parallelweg zou soelaas geven. We zijn inmiddels 6 maanden verder. Met de aanleg van de weg is nog niet begonnen, de tekening wijst uit, dat het fietsverkeer er weinig mee geholpen is.
De krant van vrijdag maakt melding van het feit, dat de politiek zich (tijdens haar vergadering van afgelopen dinsdag) ook weer zorgen had gemaakt over de onveilige situatie.
Dat is een steeds weer terugkerend verschijnsel. De politiek is ofwel onaangenaam verrast, dan wel maakt ze zich ergens zorgen over, maar er is nooit niemand die met zijn vuist op tafel slaat en eist, dat de zaken (krachtterm) aangepakt worden.
Wat er gebeuren moet is duidelijk. Aan de westkant van het noordelijke deel van de Noorderweg moet een tweebaansfietspad aangelegd worden, dat aansluit op het fietspad dat langs de dreef loopt. Om het aan te sluiten op een fietspad dat aan de westkant van de Immerhornweg doorloopt tot aan de camping.
De grond waarop het fietspad moet worden aangelegd had er al moeten liggen om in te klinken, de vergunning had al moeten zijn aangevraagd, maar de tijd dat men in staat was om werk met werk te maken, zoals Jan Franx placht te zeggen, lijkt achter ons te liggen.
Nogmaals, er zit niemand in de raad die in staat is om te zeggen waar het op staat en ze beschikken ogenschijnlijk allemaal (ook de wethouder) over een prima rubberen gebit, waarmee je lekker slap en eindeloos kunt confereren, zonder dat je ooit aan een besluit toekomt.