Voor wie het allemaal te ingewikkeld begint te worden, ik heb de raad gevraagd om te beoordelen of een (3 jaar geleden) door college opgelegde geheimhouding gehandhaafd moest blijven.
Als hoogste orgaan binnen de gemeente bepaalt de raad (gewoonlijk op voordracht van het college) welke zaken er wel en welke zaken geen geheimhouding behoeven.
Ingaan op dat verzoek zou betekend hebben, dat de raad kennis had moeten nemen van de inhoud van het document. Om vervolgens te kunnen beoordelen of geheimhouding (3 jaar na dato) nog steeds noodzakelijk was.
Het document was een taxatierapport, dat volgens het college bevestigde, dat de door OREZ uitgebrachte ramingen marktconform waren. Marktconform wil niet anders zeggen, dan dat elke andere partij min of meer dezelfde ramingen zou hebben uitgebracht.
College en raad hebben tot dusver nog steeds niet kunnen uitleggen, wat er zo bijzonder is aan marktconforme ramingen dat ze, 3 jaar na te zijn uitgebracht, nog steeds geheim moeten blijven.
Naar het zich laat aanzien, heeft de raad niet de moeite genomen om kennis te nemen van de inhoud van het document.
In plaats daarvan heeft de raad genoegen genomen met een (door het college gemaakte) opsomming van redenen, die voortzetting van de geheimhouding zou moeten rechtvaardigen.
Gewoonlijk krijgen de voor- en tegenstanders gelegenheid hun argumenten voor te leggen aan de instantie die het besluit moet nemen, maar de raad van Enkhuizen vormt hierop een uitzondering. Men neemt besluiten op basis van wat haar door het college wordt meegedeeld.
Bijvoorbeeld, dat door het openbaar maken van marktconforme ramingen de opdrachtgever nadeel zou kunnen ondervinden bij het uitbesteden van zijn werkzaamheden. Bovenstaande bewering maakt duidelijk, dat de betrokkenen (wethouder, ambtenaren en raadsleden) geen enkel inzicht hebben in de materie waarover ze besluiten nemen.
Marktomstandigheden op het moment van inschrijving bepalen of aannemers beneden of boven de marktconforme ramingen zullen inschrijven. Kennis over de oorspronkelijke kostenraming is volstrekt irrelevant.
Daarbij komt, dat een groot deel van de werkzaamheden die voorkomen in het taxatierapport inmiddels zijn komen te vervallen. Waar in de oorspronkelijke opzet sprake was van een flink aantal aan te leggen landtongen, zijn deze in het nieuwe plan komen te vervallen.
Het taxatierapport bevatte, drie jaar nadat het was gemaakt, nauwelijks nog informatie die relevant is voor toekomstige aanbestedingen.
=================================================
Van geheimhouding kan alleen sprake zijn als ze wordt opgelegd op basis van een in de WOB genoemde uitzonderingsgrond.
Als uitzonderingsgrond voor het taxatierapport werd artikel 10 lid 2b van de WOB gegeven. Dit artikel betreft economische dan wel financiële belangen van de staat of andere bestuursorganen.
In haar opsomming van redenen (voor het in stand houden van de opgelegde geheimhouding) noemt het college echter geen enkel financieel belang van de gemeente.
Wel suggereert ze dat de belangen van Orez zouden kunnen worden geschaad door openbaarmaking van het taxatierapport.
En kennelijk wegen voor de raad die belangen ook zwaarder dan het algemeen belang.
==============================================
Het bovenstaande op basis van de veronderstelling, dat de geheimhouding (die drie jaar eerder was opgelegd door het college) nog steeds van kracht was. Maar zelfs daar moet aan getwijfeld worden.
Volgens artikel 25 lid 3 van de gemeentewet dient een door het college opgelegde geheimhouding tijdens de eerstvolgende raadsvergadering te worden bekrachtigd. Gebeurt dat niet, dan is de geheimhoudingsplicht van rechtswege vervallen.
Die bekrachtiging heeft nooit plaatsgevonden, zodat de geheimhoudingsplicht is komen te vervallen. Wat inhoudt, dat het college onrechtmatig handelde toen ze mij de inzage in het taxatierapport te weigerde.
Mijn verzoek aan de raad (om de noodzaak een voortdurende geheimhouding te beoordelen) had als doel te voorkomen, dat we daarover bij de bestuursrechter van mening zouden moeten verschillen. Spijtig dat de raad daar niet aan mee heeft willen werken.
Zoals president Trump zichzelf gezichtsverlies denkt te kunnen besparen door te blijven ontkennen dat hij de verkiezingen heeft verloren, zo denken college en raad van Enkhuizen zich gezichtsverlies te kunnen besparen door te blijven ontkennen, dat hun manier van aanbesteden er toe heeft geleid dat de gemeente Enkhuizen miljoenen is misgelopen.
Dat ze hun kiezers daarbij zand in de ogen willen strooien is tot daar aan toe, maar dat ze daarbij ook nog moedwillig proberen de Wet Openbaar Bestuur te overtreden gaat me te ver.
Het lijkt ons duidelijk na de zoveelste keer, het navragen van het openbaar geven van de gegevens waaruit het bestuur in Enkhuizen de beslissingen neemt, dat het moeilijk is om de juiste gegevens boven water te krijgen.
Burger van de gemeente
LikeLike