Gisteren omschreef ik de (lokale)politiek als een worsteling tussen twee totaal verschillende culturen.
Een democratische en een bureaucratische bestuurscultuur.
Het verschil tussen beiden is, dat openbaarheid de dominante werkwijze is in een democratische cultuur, terwijl de achterkamer en de bijbehorende vertrouwelijkheid, de modus operandi van een bureaucratie is.
Zoals (volgens Lineker) de Duitsers gewoonlijk winnen met voetballen, zo wint een bureaucratische bestuurscultuur het gewoonlijk van haar democratische variant. In ieder geval in Enkhuizen.
Een van de belangrijkste doelstellingen van een bureaucratie is het voorkomen van gezichtsverlies voor allen die er in werkzaam zijn.
Dit heeft tot gevolg, dat zaken pas openbaar mogen worden gemaakt, als de “politiek verantwoordelijke” daar zijn toestemming voor heeft gegeven.
Levert een bureaucratische (en vaak omslachtige) werkwijze minder “verkeerde” beslissingen op?
Geenszins, het door Laurence J Peter beschreven “Peterprincipe” komt vaker voor in een hiërarchische geleide organisatie, zoals een bureaucratie, dan in een democratisch geleide organisatie.
Voor bureaucraten (zoals het college van B&W) is het belangrijk, dat raadsleden zich de normen en waarden van de bureaucratische cultuur eigen maken, zodat ze die kunnen gebruiken voor het beoordelen van wat er door de bureaucratie wordt voortgebracht.
Door daar gehoor aan te geven, maakt de raad de democratische bestuurscultuur (die openbaarheid van bestuur als ideaal heeft) ondergeschikt aan de bureaucratische bestuurscultuur. Die precies het tegenovergestelde beoogd en waarin vertrouwelijk overleg (en hiërarchische overwegingen) gewoonlijk de uitkomst bepalen.
Kortom, lokale politiek kan gedefinieerd worden als de worsteling om de macht tussen twee verschillende culturen. De duidelijke winnaar in Enkhuizen is op dit moment de bureaucratie. Ik zou dat graag anders zien.
Helaas zijn er in Enkhuizen nauwelijks mensen te vinden, die het ook maar iets kan schelen welke bestuurscultuur in Enkhuizen de toon zet. En zolang dat het geval blijft, verandert er niets.
Wanneer iemand mijn mening vraagt ben ik bereid die te geven, denk aan peilingen. Het cruciale punt is dus de bereidheid van onze politici om mensen te benaderen voor hun standpuntbepaling.
En dan bedoel ik niet een webside, die – als ik goed kijk naar de koppelingen in dit blog-, niet of nauwelijks worden bijgehouden. De SP is een gunstige uitzondering.
LikeLike
‘Helaas zijn er in Enkhuizen nauwelijks mensen te vinden, die het ook maar iets kan schelen welke bestuurscultuur in Enkhuizen de toon zet. En zolang dat het geval blijft, verandert er niets.’ Dit waag ik te betwijfelen, schijn bedriegt, de betrokkenheid die er is, is niet zomaar zichtbaar of merkbaar te maken.
LikeLike
Hallo Louis, zou jij een omstandigheid kunnen schetsen, waarin die betrokkenheid bij de lokale politiek wel zichtbaar en/of merkbaar zou worden? Ik denk dat als (buiten degenen die beroepshalve zich met politiek bezig houden zoals raadsleden en ambtenaren) 1 procent van de bevolking zich enigszins verantwoordelijk zou voelen voor het functioneren van in de lokale politiek in zijn algemeen, je de handen dicht mag knijpen. Zelf vind ik het een griezelige gedachte.
LikeLike