In het interview met Hans Langbroek in de krant van 28 augustus (van verslaggeefster Tanja Koopen) viel me het volgende zinnetje op.
“Ik werd ook op straat aangesproken door zo’n Pim Segerius, of door de krant aangepakt, maar if you can’t stand the heat… “.
Ik denk dat ik Hans (in de afgelopen 10 jaar) één keer op straat heb gesproken over de gang van zaken in de lokale politiek. Het artikel wekt de suggestie dat dit met enige regelmaat gebeurde. Terwijl in de woorden “zo’n Pim Segerius” een zekere vorm van laatdunkendheid jegens mijn persoon doorklinkt.
Die laatdunkendheid is me uiteraard niet onbekend. Van Reijswoud formuleerde het op dit blog ooit als volgt.
Beste Pim
Jouw bespiegelingen brengen vaak een glimlach op mijn gezicht, genoeg reden om je te volgen. Een glimlach als waardering voor de kolderieke wijze waarop je de werkelijkheid in jouw eigen perspectief plaatst. En soms een glimlach zoals die past bij het waarnemen van de verwoede pogingen van iemand die heel erg z’n best doet maar geen idee heeft hoe het echt zit. Ga vooral zo verder!
Van Reijswoud staat in die opvatting niet alleen. Ik denk dat de overgrote meerderheid van de Enkhuizer raadsleden er zo over denkt. Zij zijn de enigen de weten hoe de vork precies in de steel zit. Zij weten wat het beste voor Enkhuizen is en het feit dat dingen met enige regelmaat misgaan heeft niets te maken met hun eigen competentie, maar is altijd het gevolg van gebreken van anderen.
Het gekke is, dat ik die laatdunkendheid wel bij anderen ben tegengekomen, maar nooit bij Hans.
De vraag is dus, geeft Tanja door middel van deze zinsnede de opvatting van Hans weer, of legt ze hem woorden in de mond, die haar eigen opvattingen jegens mij (en het “werk” dat ik doe) bevestigen, maar die nooit zo door Hans zijn uitgesproken..
Wat zo’n woordje ‘zo’n’ al niet kan doen.
LikeLike
Naar aanleiding van bovenstaande column stuurde Tanja mij de volgende reactie.
Beetje jammer dat je zo reageert op het interview met Hans Langbroek. Ik weet zeker dat hij het niet zo bedoeld heeft (ik zeker niet) en dat hij jouw activiteiten waardeert, net als wij hier op de redactie overigens. Sterker nog, ik denk dat het een compliment richting jouw blog is. Nu ik er zo over nadenk heeft hij bedoeld dat hij als raadslid wordt ‘aangesproken’ op straat door mensen, door ons in de krant én door jou in je blog. That’s all-in the game wat hem betreft.
Dat je het maar weet, haha.
LikeLike
Exact
LikeLike