Je kunt jezelf natuurlijk inbeelden dat, omdat je alles moet goedkeuren, je daardoor ook meteen de baas bent over alles en iedereen. Een opvatting die ik van tijd tot tijd meen te bespeuren bij onze leden van de raad.
Dus als de directie van het ZZM tot de conclusie is gekomen dat de voortzetting van het huidige bootmodel een beletsel is voor de verdere ontwikkeling van hun onderneming, je gewoon tegen die directie kunt zeggen, “Vervelend, maar dat bootmodel komt ons het beste uit en de rest interesseert ons niet”.
Een dergelijk arrogante opstelling heeft nog wel eens succes bij de gewone burger of de kleine middenstander, maar niet bij een bedrijf als het ZZM, dat door burgemeester Baas (bij zijn afscheid) werd afgeschilderd als bedreiging voor het levensgeluk van de gewone Enkhuizer.
Ik neem aan dat Baas zich realiseerde dat hij, door doelbewust geen rekening te houden met de wensen van het ZZM, zijn hand had overspeeld en tegenkrachten had opgewekt waarvan hij het uiteindelijk zou verliezen (of misschien inmiddels al had verloren).
De realisatie, dat het met veel bombarie aangekondigde plan met vakantiebungalows toch nooit uitgevoerd zou worden, lijkt me een goede reden om te besluiten om er dan maar mee te stoppen. Veel eerder dan hij kort daarvoor nog had aangegeven.
Ik kan dit natuurlijk niet met zekerheid zeggen, maar het lijkt me wel een plausibele verklaring voor de gang van zaken. Waarom langer aanblijven als je inmiddels zeker weet, dat de feestelijke oplevering van het lievelingsproject niet zal plaatsvinden?
Hoewel het negeren van de wensen van een bedrijf als het ZZM in mijn ogen het bewijs is van extreme kortzichtigheid van college en raad, denken ze daar zelf natuurlijk heel anders over. Men wast als gewoonlijk de handen in onschuld en zoekt de reden voor de mislukking bij anderen. In dit geval het ZZM. Het is ontluisterend om te zien hoe weinig affiniteit bestuurlijk Enkhuizen demonstreert ten aanzien van het ZZM.
Althans dat was het geval bij het vorige college onder Baas. Het huidige college is zich er beter van bewust, dat we er trots op mogen zijn dat het ZZM in Enkhuizen is gevestigd. En dat je, voor wat betreft de bedrijfsvoering, misschien beter kunt luisteren naar de opvattingen van de directie dan naar de opvattingen van de man in de straat.
Het zou voor de hand hebben gelegen als Struijlaart de afgelopen anderhalf jaar zou hebben gebruikt om wensen van Orez en ZZM wat dichter bij elkaar te brengen, maar dat is niet gebeurd. Sterker nog het laatste plan bevat een element dat voor het ZZM helemaal onverteerbaar moet zijn.
De toevoeging van een vierde landtong, die een extra aanslag is op het museale gevoel van de bezoeker. In de huidige situatie heeft men, op het dijkje van de kalkovens naar de molen een onbelemmerd uitzicht op het IJsselmeer.
In de door Orez en gemeente gepresenteerde situatie (zie plattegrond) kijkt men vanuit het museum aan tegen een rij vakantiewoningen.
Struijlaart zegt te hopen, dat hij er (binnen een paar weken) uit kan komen met het ZZM. Maar gegeven het feit, dat ze (in de voorgaande anderhalf jaar) nog geen stap dichter bij elkaar zijn gekomen, begrijp ik niet waar hij zijn hoop op baseert.