Lean management vindt zijn oorsprong in de wens van Japanse Toyota fabrieken om zijn productieproces van auto’s te stroomlijnen en te optimaliseren. Het idee is nu, dat de onderliggende filosofie en gebruikte technieken ook toegepast kunnen worden om bureaucratische processen te optimaliseren.
Voor onderdelen zal dat zeker het geval zijn, maar uiteindelijk blijft het rommelen in de marge.
Het grote verschil tussen een productieproces en een bureaucratischproces is namelijk, dat in een productieproces men moet concurreren met producenten die vergelijkbare producten afleveren.
In een bureaucratischproces is dat niet het geval. Gewoonlijk beschikt men over het monopolie voor wat betreft de “producten” die men aflevert, waardoor elke prikkel om efficiënter te werken ontbreekt.
In absolute getallen is het raadsvoorstel om de “lean management” techniek aan te kopen aantrekkelijk. Men investeert eenmalig € 280.000,- om structureel een (geschatte) besparing van 4% op de loonsom te verkrijgen (€ 350.000,- per jaar.)
Maar een besparing van 4% op de loonsom is peanuts wanneer je er van uitgaat dat de te nemen efficiency maatregelen betrekking zouden hebben op de gehele organisatie. Hetgeen min of meer wordt gesuggereerd.
In werkelijkheid zal procesoptimalisatie slechts van toepassing op een betrekkelijk klein onderdeel van de organisatie. De verbeteringen die daar te behalen zijn, zullen ongetwijfeld spectaculair zijn. Het zou me niet verbazen als op die onderdelen er een halvering van de loonsom kan worden bereikt, maar omdat andere onderdelen van de organisatie buiten schot blijven, komt de uiteindelijke besparing niet verder dan 4% van de totale loonsom.
In plaats van zich zorgen te maken over de vraag of die 4% wel zal worden gehaald zouden onze raadsleden zich moeten verdiepen in de vraag wat er zou gebeuren als de gehele organisatie efficiënter zou gaan werken
Want het patroon van dit soort bezuinigingsmaatregelen is altijd en overal het zelfde. De lagere echelons worden gedwongen om efficiënter te werken (waar op zichzelf natuurlijk niets mis mee is), terwijl de hogere echelons nog even door mogen gaan met potverteren.
Totdat er een organisatie is ontstaan waarbij alle “indians” zijn ontslagen en er alleen nog maar “chiefs” zijn overgebleven. Ook wel een “regie gemeente” genoemd.