Yes we can

Zolang mijn blog gaat over zaken als Floriade, Drommedaris en het SMC gaat vind ik het schrijven ervan nog wel amusant. Per slot van rekening vloeit er in dat soort van kwesties geen bloed.

Het gaat slechts over lieden die vanwege hun status bevoegd zijn ons belastinggeld over de balk te smijten. Dat kan vrijwel geen hond schelen, dus of er nu 100, 200 of 500 mensen mijn blog lezen maakt me niet zo veel uit.

Zolang ik er plezier aan beleef om de (dikwijls dubieuze) redeneringen tegen het licht te houden blijf ik er mee door gaan.

Maar als het om individuele gevallen gaat, zoals in de kwestie Burgwal of de kwestie Goudenregenstraat, dan is het schrijven plotseling veel minder gezellig. Want dan ontdek je plotseling welke bureaucratische gewoonten en gebruiken er toe leiden dat de gewone burger in een hoek worden gedreven waar de klappen vallen.

En denk daarbij niet dat het alleen anderen gebeurd. Vandaag is het een onbekende, morgen bent U het. De wegen der bureaucraten zijn vaak ondoorgrondelijk.

Meestal verschuilt men zich achter “beleid”, maar daar hebben ze archiefkasten vol van, zodat ze voor elke maatregel die ze nemen altijd wel een “beleid” achter de hand hebben waar ze mee kunnen zwaaien.

Dat “beleid” maakt ook, dat de vaak anonieme uitvoerders nooit ergens schuld aan zijn. Men voerde slechts uit wat anderen hebben bepaald.

Eeuwenlang bestond daartegen nauwelijks enig verweer. De bureaucraten controleerden de informatievoorziening en het verspreiden van informatie was kostbaar en gecompliceerd.

Maar sinds kort zijn daar de “sociale media” als Facebook en Twitter. Die maken het mogelijk dat je informatie (bijvoorbeeld over de werkwijze van bureaucraten) razendsnel kunt verspreiden. Maar je moet wel leren om die media te gebruiken.

Deskundigen menen dat de machtigste man ter wereld, president Obama, nooit zou zijn gekozen als Facebook niet zou hebben bestaan.

Hetzelfde geldt voor de zogenaamde Arabische lente.

Lokaal probeerden de voorstanders van de verbouwing van de Drom om via Facebook de publieke opinie te beïnvloeden door hun medestanders op te roepen te gaan stemmen op een door het NHD georganiseerde poll.

Daardoor werd de indruk gewekt dat 80% van de Enkhuizer bevolking voorstander was van een verbouwing.

Kortom, je kunt Facebook wel als een triviale bezigheid blijven beschouwen, maar je kunt het ook gebruiken om in verzet te komen tegen bureaucratische dwingelandij. Door de voorbeelden daarvan zo veel mogelijk te verspreiden.  In Facebooktaal door die voorbeelden te “delen”.

Daarom heeft Pimsep nu ook een Facebook pagina.

Door je daarop te abonneren (vind ik leuk) krijg je automatisch nieuwe berichten die op dit blog verschijnen in verkorte vorm toegestuurd. Op de link klikken brengt je naar het eigenlijke bericht. Als je die berichten vervolgens “deelt” met je vrienden krijg je de werking van een inktvlek.

Bijvoorbeeld, als Pimsep 50 abonnees heeft die op hun beurt ieder 50 vrienden hebben, dan kan 1 bericht dat gedeeld wordt (in theorie) binnen de kortste tijd  2500 mensen bereiken.

Feitelijk nog meer want als onder die 2500 weer mensen zijn die ook besluiten om te “delen” dan wordt het sneeuwbal effect alleen maar groter.

Sinds het bestaan van de sociale media is het dus niet langer de vraag of we ons kunnen verzetten tegen bureaucratische dwingelandij.

Het antwoord op die vraag is namelijk, “yes, we can”. De vraag die overblijft is slechts of we het willen, maar dat moet iedereen maar voor zichzelf uitmaken.

Auteur: Pim

Hoe lang blijft een democratie nog een democratie, als alleen het recht van de sterkste geldt?

Reageer !