Het bedrijf dat voor de gemeente het project “Stadsvisie 2030” begeleidde heet Futureconsult. Dat bedrijf presenteerde een drietal toekomstscenario’s voor de gemeente Enkhuizen.
Deze scenario’s kwamen uiteraard niet uit de lucht vallen.
Ze waren gebaseerd op een toekomstvisie (gemaakt op verzoek van het college) door weer een andere externe adviseur, buro Vijn. Laten we de toekomstvisie van bureau Vijn voorlopig de naam “plan A” geven.
Futureconsult krijgt plan A ter inzage en weet met enige moeite daaruit een 3 tal scenario’s te destilleren.
Vier scenario’s is gebruikelijk, maar plan A is zo eenduidig, dat Futureconsult er niet in slaagt vier verschillende invalshoeken te vinden.
Deze drie scenario’s worden aan de Enkhuizerbevolking gepresenteerd als zijnde mogelijke ontwikkelingen.
De bijeenkomsten daarover (die ik alle drie heb bijgewoond) kunnen nauwelijks een succes genoemd worden, maar resulteren wel in een composietscenario, dat (surprise) als twee druppels water lijkt op het plan A van bureau Vijn.
Uitgangspunt voor de verdere discussie is nu het composietscenario. Binnen de grenzen van dat scenario (plan A) mag het volk nu wat aanvullingen bedenken.
De avonden worden gelardeerd met zang en dans om het aantal aanwezigen op te voeren.
Als deze ronde is afgelopen, stelt het college (met enig gevoel voor dramatiek), dat nu het woord aan de Raad is.
Tot op dat moment hadden de raadsleden zich (op nadrukkelijk verzoek van het College) zich buiten de discussie over de toekomstvisie gehouden.
De Raad krijgt niet alleen een verslag van de gevoerde discussie onder ogen, maar ziet ook nu pas het plan van buro Vijn, dat (mogelijk) op minuscule punten aanpassingen vertoont van het eerder ingediende plan A en we daarom plan B noemen.
Het krijgt nu ook zijn definitieve naam “Structuurvisie 2020” en wordt tot een onlosmakelijk onderdeel van de discussie over de Stadsvisie verklaart.
Raadsleden, die dachten dat ze hier wel iets over mochten zeggen, wordt verder de mond gesnoerd door een motie van VVD/D’66, die meende dat, nu het volk gesproken had, de Raad er verder het zwijgen toe moest doen.
De grap van dit alles is natuurlijk, dat het volk zich maanden lang mocht uitleven op vage toekomstverwachtingen (zonder te weten wat de concrete plannen waren) de Raad, (nu het wel om concrete plannen gaat) zich er niet meer mee mag bemoeien omdat “het volk” zijn mening al gegeven heeft.
Deze methode, waarmee de Raad feitelijk buitenspel wordt gezet, heeft ook een naam gekregen.
We noemen dit gedrocht “beginspraak”.
Klopt. Beginspraak is alleen beginspraak als alle andere mogelijkheden om in te spreken blijven bestaan. Om dit te voorkomen heb ik nog voorgesteld om stadsvisie en structuurvisie te splitsen. Dan kon je van de stadsvisie zeggen (hoewel een selectieve keuze) “da’s wat de burgers vinden” en kon de structuurvisie politiek beoordeeld worden. Men wou er niet aan. Daarmee is het een alles-in-één voorstel.
LikeLike