In zijn onvolprezen boekje “The Peter Principle” beschrijft professor Laurence J. Peter een tweetal lapmiddelen waarmee de gevolgen van incompetentie kunnen worden beperkt.
Eén daarvan is de creatie van een Laterale Arabesk.

- Laurence J Peter

Arabesk heeft hier de betekenis van nutteloze versiering.
De bedoeling is een incompetente manager (met behoud van titel en salaris) over te plaatsen naar een volstrekt nutteloze afdeling binnen de organisatie. Dat heeft twee voordelen.
Ten eerste doet zijn incompetentie niet langer ter zake. De zaken waar hij zich mee bezig mag houden zijn immers volstrekt nutteloos.
Ten tweede maakt hij de weg vrij voor iemand die mogelijk wel competent is, zodat de organisatie weer naar behoren kan functioneren.
Wat voor individuen geldt, kan echter ook op hele organisaties van toepassing zijn.
Wanneer bij herhaling blijkt, dat een organisatie niet in staat is de werkzaamheden uit te voeren die zij geacht wordt uit te voeren, dan bedenkt men domweg nieuwe werkzaamheden, die geen ander doel hebben dan de organisatie in stand te houden.
Het resultaat van die werkzaamheden is verder van geen enkel belang.
Dit verschijnsel doet zich voornamelijk voor bij overheidsinstellingen. Deze instellingen produceren jaar in, jaar uit rapporten, beleidsstudies en de resultaten van onderzoek, waar verder niemand (buiten die organisatie) enige aandacht aan besteed of gevolgen aan verbind.
De algemene rekenkamer heeft onlangs gerapporteerd dat het in 80% van de gevallen onmogelijk is om de doelmatigheid vast te stellen van het door de overheid gevoerde beleid.
De term “laterale arabesk” is helaas nauwelijks doorgedrongen in het nederlandse spraakgebruik.
Bekender zijn uitdrukkingen als “burgemeester van het afgebrande dorp” of “staatssecretaris van het departement van lege dozen”. Zij komen allen op hetzelfde neer. Men vervult een nutteloze functie.